#StadlerEngineers Pt.2 – Vrouwen in (high)tech
In onze serie #StadlerEngineers stellen we de hele maand maart eenmaal per week verhalen voor van onze ingenieursteams. Dit speciaal ter gelegenheid van UNESCO World Engineering Day die dit jaar voor de vijfde keer plaatsvond op 4 maart.
Laten we dit tweede deel van de #StadlerEngineers -serie beginnen met een korte inleiding over het Duitse spoorwegnet. Ongeveer 61 procent van het Duitse spoor is geëlektrificeerd, d.w.z. voorzien van bovenleiding of geleiderails. Toch is het aandeel kilometers dat met elektrische aandrijving wordt afgelegd in feite hoger dan dat. Volgens het Bundesministerium für Digital und Verkehr (BMDV) wordt ongeveer 74 procent van de afgelegde kilometers elektrisch aangedreven. Dat komt omdat elektrificatie vooral gebruikt wordt op drukke lijnen, omdat het om een relatief hoge investering gaat die economisch rendabel moet zijn. Minder frequent gebruikte lijnen - d.w.z. vooral lokale vervoerstrajecten - worden meestal niet geëlektrificeerd. Treinen die deze trajecten gebruiken, moeten dus met een ander soort aandrijving worden uitgerust. Deze 'niet-elektrische' aandrijving is meestal een dieselmotor.
Nu behoort het tot de taak van een ingenieur bestaande problemen te herkennen en er oplossingen voor te bedenken. Een voor de hand liggende oplossing van het probleem is het gebruik van batterijen - een technologie waarvan het basisprincipe geenszins nieuw is.
In 1940 raakte Zwitserland geïsoleerd ten gevolge van de gebeurtenissen van de Tweede Wereldoorlog en kon de aanvoer van petroleum en steenkool niet meer gegarandeerd worden. De toenmalige regering besloot elektrische energie uit waterkrachtcentrales te gebruiken. Dit soort energie kon in de Alpen in grote hoeveelheden worden opgewekt en was niet afhankelijk van aanvoer uit het buitenland.
Dankzij zijn ingenieursgeest greep onze bedrijfsoprichter Ernst Stadler de kans aan en begon hij voertuigen die op olieproducten reden om te bouwen voor gebruik met batterijen. In 1943 ontwikkelde hij in het Stadler-ingenieursbureau bijvoorbeeld al het eerste spoorvoertuig op batterijen.
Dit bewijst dat elektrische aandrijving een lange traditie heeft bij Stadler. Om deze traditie in stand te houden moeten deze systemen voortdurend worden geoptimaliseerd. Hun optimalisatie heeft geleid tot meerdere mijlpalen in de geschiedenis van het bedrijf, waarvan er één nog niet zo lang geleden werd bereikt.
Een ongepland wereldrecord
Als onderdeel van een driejarig onderzoeksproject ontwikkelde Stadler een trein op batterijen die als een hybride oplossing zou functioneren. Telkens het spoorvoertuig op niet-geëlektrificeerde trajecten moet rijden, zorgt een batterij voor de nodige energie. Zodra de trein weer op een geëlektrificeerd traject zit, drijft de externe elektriciteit de trein weer aan, maar laadt tegelijkertijd ook de batterij weer op. Dit is een mogelijke oplossing voor de gevarieerde configuratie van het spoorwegnet in Duitsland.
Een team dat voornamelijk in Berlijn gevestigd is, heeft drie jaar gewerkt aan het 'FLIRT Akku'-prototype, met een beoogde actieradius van tachtig kilometer, waardoor het geschikt is voor de meeste niet-geëlektrificeerde trajecten van het Duitse spoorwegnet. Tegen het einde van de ontwikkelingsfase werd echter duidelijk dat het doel van tachtig kilometer in batterijmodus bij lange niet het volledige potentieel van het prototype benutte.
“Op het Stralsund-traject beseften we plots dat het bereik van de batterijen veel ruimer was dan we dachten,” legt Evelyn Thiel uit, de technische projectmanager van het FLIRT Akku-voertuig, wanneer ze de eerste testrit beschrijft.
In mei 2021 legde een FLIRT Akku-voertuig op batterijen 185 kilometer af, en amper zes maanden later, in december 2021, legde het model onder toezicht van externe inspecteurs op één batterijlading 224 kilometer af - een nieuw wereldrecord.
Een ander ongewoon aspect van de ontwikkeling van de recordbrekende trein is dat het projectteam voornamelijk uit vrouwen bestaat. Dat is des te opmerkelijker gezien het zeer lage aandeel vrouwen in technische vakken in het algemeen. Evelyn Thiel besprak het gebrek aan gelijke vertegenwoordiging in technische vakken in een interview met RailBusiness in januari 2022: “Bij mij is de vraag nooit opgekomen of dit een mannen- of vrouwenbranche is. Ik doe gewoon waar ik goed in ben – en waar ik van geniet.”
Haar formule voor succes als het om innovatie gaat, is “doortastend zijn en niet bang om nieuwe wegen in te slaan”. Dat is de ware geest van engineering.
Maar wat gebeurde er met het prototype? Het werd een bijzonder succesvol model: het eerste FLIRT Akku-voertuig wordt dit jaar door Nah.SH in Sleeswijk-Holstein in gebruik genomen. Daarna plant Deutsche Bahn in het kader van het ‘Warnow II’-transportproject nieuwe treinen op batterijen, gebaseerd op het FLIRT Akku-model, in bedrijf te nemen, in 2025 op het netwerk van Rijnland-Palts en in 2026 in de regio Rostock. Verwacht wordt dat Stadler een FLIRT Akku-prototype in de VS gaat ontwikkelen dat afgestemd is op de Amerikaanse markt.
We zijn verheugd zulke energieke en moedige ingenieurs (waarmee ik zowel mannen als vrouwen bedoel) in ons team te hebben en hopen in de toekomst met evenveel vrouwkracht te kunnen blijven werken aan alternatieve, milieuvriendelijke mobiliteitsoplossingen.